Rosalind & Mina



Generieke conventies

Inleiding
Good-bad 2SA
Scrambling 2SA
Kleur tegenpartij
Wereldconventie
Pazur: 4 als fit en sleminvite
4SA in competitie
Onafgesproken bod

Inleiding

Conventies zijn te verdelen in twee hoofdsoorten:
Een voorbeeld van een specifieke conventie is Stayman: dat geldt alleen waar dit in het systeem staat, nergens anders. Een voorbeeld van een generieke conventie is azenvragen: dat geldt ‘her en der’, ook in situaties waar het niet expliciet is afgesproken (mits voldoend aan de criteria).

Bij generieke conventies is de belangrijkste uitdaging in algemene regels vast te leggen wanneer zij precies gelden en wanneer niet.

Behalve de gelinkte in de aanhef van deze pagina vallen onder de generieke conventies ook de meeste doubletvariaties, slemconventies en het Niemeijer antwoordencomplex na 2SA, maar hieraan zijn aparte pagina's gewijd.

Good-bad 2SA

“De slechtste contracten in bridge zijn 2SA en vijf hoog” ‒  Herman Filarski

Deze conventie heeft tot doel onderscheid te maken tussen inviterende en competitieve (niet-inviterende) kleurbiedingen op drieniveau. Voorbeeld:

West
1
?
Noord
1
Oost
dbl
Zuid
2
Bieding Betekenis Verder bieden
2SA Good-Bad: “inleiding tot competitief kleurbod”
  1. vier/vijfkaart+
  2. eenkleurenspel zeskaart+
  3. vierkaart
  • 3 om te spelen tegenover 
    Dus niet verplicht
  • 3 voorkeur tegenover
  • 3 vijfkaart+, mancheforcing
  • 3 (en hoger) sterk spel
3// inviterend maar niet forcing  

‘Inviterend’ geldt in context: als in bovenstaand paradigma oost zou hebben gepast in plaats van gedoubleerd, zou voor een inviterend bod van 3 zowat 8 speelslagen nodig zijn; na doublet is hiervoor een hand van circa 7 speelslagen genoeg.

2SA is in het algemeen good-bad, als:

2SA is geen good-bad:

 Als ‘achtkaarts+ fit’ (derde bullet) telt ook unassuming, maar niet een supportdoublet, een preferentie of enig ander bod dat nog vaak een fit van zeven troeven is.

Bergen, 1986: 112–124; Ter Laare, 2005; Niemeijer, 2017 bis

Scrambling 2SA

Hoofddoel van deze conventie is de beste fit te vinden wanneer partner ons dwingt te bieden.

West
1
pas
Noord
pas
dbl
Oost
2
pas
Zuid
pas
?
Bieding Betekenis Verder bieden
2SA Scrambling“op zoek naar fit”
  1. zwak en op zoek naar fit
  2. zwak met lange
laagste vierkaart+
Niet per se langste kleur 
3/ zwak, duidelijk beste kleur  
3 inviterend
3 om te spelen via 2SA
 

2SA is in het algemeen scrambling, als voldaan is aan al de volgende voorwaarden:

 Good-bad is vrijwillig, scrambling is onvrijwillig.

In een scrambling-situatie na 2 van de tegenpartij kunnen we op partner's doublet onderscheid maken tussen direct 3 als (licht) inviterend, en 2SA gevolgd door 3 als (zeer) zwak met harten als duidelijk beste kleur. Dit geldt alleen voor tegen 2.
Vergelijk good-bad, maar hiermee niet te verwarren

Het praktijkvoorbeeld van de afbeelding hiernaast toont een toepassing van de scrambling 2SA. Doublet is negatief, maar belooft niet per se een vierkaart ; 3 toont vierkaarten in en .

Ook 4SA kan in bepaalde duidelijke gevallen scrambling zijn. 3SA is nooit scrambling.

Bergen, 1986: 130–137; Ter Laare, 2005; Schollaardt, 2009

Unusual 2SA

Nog te ontwikkelen

Kleur tegenpartij

Tenzij in het systeem – dit web – expliciet anders vermeld, is de algemene betekenis van een bod in een kleur die door de tegenpartij reëel is geboden of getoond, een relay.

Kleur tegenpartij is mancheforcing als wij hebben geopend, rondeforcing als zij hebben geopend.

In antwoord op een bod in een kleur van de tegenpartij onder 3SA belooft een SA-bod een stopper in die kleur. Dit geldt ook als de tegenpartij meer dan één kleur heeft geboden of getoond. 
Het is echter niet zo dat een bod in een kleur van de tegenpartij altijd alleen naar een stopper vraagt.

Het bovenstaande geldt niet voor bijzondere betekenissen van een bod in een kleur van de tegenpartij, expliciet in het systeem vermeld, zoals mixed raise of unassuming.

Sint, 2004

Choice of games

Een enigszins bijzondere variant van een bod in de kleur van de tegenpartij is het zogenoemde ‘choice of games’ (COG). Zoals de naam al suggereert toont dit onzekerheid over de juiste te spelen manche; het laat partner de keuze uit manchecontracten in verschillende speelsoorten. Het toont vooralsnog geen sleminteresse en geen goede fit in een bekende kleur van partner.

Choice of games is als regel van toepassing als:

Zie hier een voorbeeld van choice of games.

Kleur tegenpartij reëel

In sommige situaties – als regel expliciet vermeld in dit web – is een bod in een kleur van de tegenpartij reëel. Een voorbeeld:

West
1

Noord
pas

Oost
1
(reëel)

Zuid
2
/
Betekenis laatste bieding
Zowel 2 als 2 is hier reëel (zie ook hier)

 Een bod in een kleur van de tegenpartij is nooit reëel:

Hughes, 2012: 220 (in sandwich beide kleuren reëel)

Wereldconventie

De Wereldconventie – buiten Nederland bekend als ‘Leaping Michaels’ – dient voor het aangeven van sterke tweekleurenspellen nadat de tegenpartij geopend heeft, met name na een preëmptieve opening of verhoging. De conventie werkt als volgt:

De kracht is sterk als het met sprong wordt geboden. Zonder sprong kan het enigszins ‘uit nood’ zijn en is een gezonde opening met goede kleuren voldoende.

De Wereldconventie is ‘bijna mancheforcing’, oftewel in principe forcing, maar antwoorder mag een pas wagen met helemaal niets.

De Wereldconventie geldt:

Bijvoorbeeld:

West
3
Noord
?
Bieding Betekenis
3SA/4 om te spelen
4 55(+), bijna mancheforcing
4 55(+), bijna mancheforcing
4 55(+)

 Met een hand geschikt voor een reëel 4/-bod moeten we dan 3SA bieden ‒ vaak het beste, desnoods zonder volwaardige stopper ‒ of 5/ bieden of doubleren. Dat is echter niet zo'n groot verlies als het misschien lijkt, want 4/ zal niet zo vaak ons optimale contract zijn.

In situaties als de volgende geldt ook de Wereldconventie:

West
1
Noord
pas
Oost
2/3
(zwak)
3

(Bergen)
Zuid
4/
Betekenis laatste bieding
Wereldconventie: vijfkaart+ / en vijfkaart+

De Wereldconventie geldt niet:

Antwoorden op Wereldconventie

Als de tegenpartij geen hoge kleur geboden heeft en dus een Wereldconventiebod van 4/ de beloofde hoge kleur niet eenduidig identificeert, dan:

Anders is een manchebod om te spelen, ook in de ‘vierde kleur’ (niet een van de Wereldconventiebieder en niet die van de tegenpartij).

Overige antwoorden:

West
3
Noord
4
(wereld:
55+)
Oost
pas
Zuid
?
Bieding Betekenis Verder bieden
4 relay, als op Ghestem
(3)-4-(pas)-4 vraagt hoge kleur
4 minimum, enzovoorts
4/5 om te spelen  
5 om te spelen  

Bakkeren, 2002; Kirchhoff, 2003

Pazur: 4 als fit en sleminvite

Deze conventie – ook bekend onder diverse andere namen waaronder Slempo – dient om een fit en (milde) sleminvite in een hoge kleur aan te geven in competitieve situaties waarin daarvoor geen ondubbelzinnig ander bod op lager niveau beschikbaar is. 4 is dan sleminvite met goede fit in partner's kleur, vier in de kleur van de tegenpartij is mancheforcing in klaveren; de betekenissen van deze biedingen zijn als het ware omgedraaid:

West
2
(reëel, zwak)
Noord
3
Oost
pas
Zuid
?
Bieding Betekenis Verder bieden
3 choice of games, primair op zoek naar 3SA  
3SA/4 om te spelen (4 niet al te sterk)  
4 sleminvite met goede -fit 4 last train
4 reëel, mancheforcing  
4 nog te ontwikkelen (mogelijk: sleminvite in )
Azenvragen voor via eerst 4
 

Deze conventie (zowel 4 als vier in kleur tegenpartij) geldt alleen als voldaan is aan al de volgende voorwaarden:

Als ‘constructief’ geldt ook een niet zo sterk maar wel opbouwend bod zoals een negative free bid, maar niet een primair preëmptief bod zoals een zwakke twee-opening of mogelijke zwakke variant daarvan.

De conventie geldt niet:

4 als fit en sleminvite zegt niets over controle in of in de kleur van de tegenpartij.

Brink, 2008; Schollaardt, 2011; Wójcicki, 2018: 29 (naam Pazur); Schollaardt, 2020 (naam Slempo)

4SA in competitie

De basisbetekenis van 4SA nadat de tegenpartij heeft geboden, is take-out, meestal een tweekleurenspel (‘any two places to play’).

Bijzondere gevallen van 4SA in competitie:

Schollaardt, 2015 (‘de top kiest voor take-out’)

Onafgesproken bod

Een volledig onafgesproken bod, dat onder geen enkele generieke of andere afspraak valt, is reëel en om te spelen (oftewel niet forcing), tenzij dat absurd is.

 Hughes, 2005: 32 (‘Rule #1’)

Zie over onafgesproken doubletten en redoubletten de pagina Doubletvariaties.


Copyright © 2000–2024 Rosalind Hengeveld.

Rosalind Hengeveld