Dutch Doubleton |
De tegenpartij past
De tegenpartij past niet
West 2 |
Oost ? |
Bieding | Betekenis | Verder bieden |
2 | om te spelen tegenover zwakke twee in | zie onder | ||
2//3 | vijf/zeskaart+, voorstel te spelen tegenover zwakke twee in | opener mag verhogen met fit | ||
2SA | vraagbod, manche-interesse(+) tegenover zwakke twee in | zie hier | ||
3/4/5 | preëmptief tegenover zwakke twee in | 3/ mancheforcing | ||
3/ | goede zeskaart+, sterk inviterend tegenover zwakke twee in | |||
3SA | om te spelen tegenover zwakke twee in | |||
4/ | om te spelen tegenover zwakke
twee in kickback 4 voor bied je via 2SA |
Alle antwoorden gaan dus primair uit van een zwakke twee in .
Met een zwakke hand kun je op 2 de preëmptieve antwoorden 3 en vooral 4/5 beter vermijden, want die kunnen ongelukkig uitpakken als opener een sterke variant heeft (en 2 bevat meer verschillende sterke varianten dan de 2-opening).
West 2 ? |
Oost 2 |
Bieding | Betekenis | Verder bieden |
pas | elke zwakke twee in | |||
2/ | vijfkaart+, onevenwichtig, mancheforcing met één uitzondering | zie onder | ||
2SA | 24+, verdeeld
inclusief 5/332, mancheforcing Zonder bovengrens |
Niemeijer-complex | ||
3/ | vijf/zeskaart+, mancheforcing (zonder uitzondering) | 3/ (opvolgend) second negative | ||
3//4/ | (semi)dichte kleur, stelt de troefkleur vast, mancheforcing |
|
||
3SA | om te spelen
met zeskaart+ (niet verdeeld), niet forcing Alle zijkleuren min of meer gedekt |
4 Kickback |
Zie ook de criteria voor grote forcing.
We hebben geen structurele oplossing voor een zeer sterke 4441. Mogelijkheden zijn:
Bergen, 1985: 117–124, 133 (grote forcing, vereisten en rebids); Niemeijer, 2016; Simon, 1946: 60–66 (sterke en zwakke handen)
West 2 2 |
Oost 2 ? |
Bieding | Betekenis | Verder bieden |
2/3/ | goede vijf/zeskaart+ Met matige kleur liever 2SA dan vooral 3/ |
|||
2SA | second
negative: relay Kan waardeloze hand zijn, maar is niet per se zwak |
zie hier |
||
3 | circa 6+, driekaart+ -steun, ergens een controle Een zwakkere hand biedt 2SA of 4 |
|
||
3/4/ | splinter: korte kleur, vierkaart+ -steun | |||
3SA | om te spelen, enige ‘zachte’ waarden (zeldzaam) | |||
4 | vierkaart+ -steun, geen controle ernaast |
Zonder goede fit doet antwoorder er als regel verstandig aan zoveel mogelijk opener zijn of haar hand te laten omschrijven via de relay van 2SA, liever dan een eigen zwakke hand te willen vertellen.
De naam ‘second negative’ is traditioneel, maar niet erg toepasselijk, want het is niet per se negatief.
Bergen, 1985: 126–129
Copyright © 2000–2024 Rosalind Hengeveld. |